Nederland telde eind 2022 186.000 minderjarige bijstandskinderen. Eind 2021 waren dat er nog 15.000 meer. 5,7 procent van alle kinderen onder de 18 zit in de bijstand. Zij komen relatief vaak uit het buitenland of hebben minstens één ouder die in het buitenland geboren is. De meeste bijstandskinderen wonen in Rotterdam, Heerlen en Amsterdam. Het aandeel bijstandskinderen was het kleinst in Bloemendaal, Rozendaal en Urk. Dit meldt Binnenlands Bestuur.
Ruim 15.000 bijstandskinderen (13 procent) woonden eind 2022 in Rotterdam. In Heerlen zat 12,7 procent van alle kinderen in de bijstand en in Amsterdam was dat 10,5 procent. Ook Groningen en Enschede tellen relatief veel bijstandskinderen. In Urk, Rozendaal en Bloemendaal was het aandeel kinderen in de bijstand kleiner dan 2 procent. Het landelijke gemiddelde is 5,7 procent.
Buitenlandse ouder(s)
Ruim 70 procent van de minderjarige bijstandskinderen komt uit Nederland. 29 procent is migrant. De meeste kinderen in de bijstand zijn dus in Nederland geboren, maar hebben wel vaak een buitenlandse ouder. Bijna 10 procent heeft één in het buitenland geboren ouder en bij 37 procent komen beide ouders uit het buitenland.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky